Round Table over MBO: onderwijs, huisvesting en toekomst (1/4)

Round Table over MBO: onderwijs, huisvesting en toekomst (1/4)

Huisvesting voor MBO is complexer dan voor HBO en WO vanwege de grote diversiteit aan doelgroepen. Om toch handvaten te bieden, organiseerde Campus Day een Round Table. In deel 1: de bijzondere positie.

Moderatoren

  • Judith Donkers, (tot 1 juli 2021) adjunct-directeur Onderwijs & Kwaliteit bij het Techniek College Rotterdam en bestuurslid van het Consortium Beroepsonderwijs, een samenwerkingsverband van VMBO- en MBO-instellingen, kennispartners en bedrijven. Daarvoor werkte ze jarenlang als zelfstandig huisvestingsadviseur in het onderwijs.
  • Wim Kooyman, directeur Smart WorkPlace en partner WorkPlace Academy.

Deelnemers

  • Ronny Borgsteede, Hoofd Huisvesting Summa College Eindhoven
  • Judith Claassen, tweedejaars MBO-student chemisch-fysisch analist aan het Techniek College Rotterdam. Daarnaast is ze voorzitter van de Centrale Studentenraad Techniek College Rotterdam.
  • Dennis Cruyen, Directeur Facilitair, Huisvesting & Vastgoed Management Zadkine Rotterdam.
  • Peter van Hooff, Adviseur Vastgoed en Finance bij AT Osborne.
  • Marc van der Klok, Directeur Facilitair Bedrijf ROC Midden Nederland Utrecht.
  • Rianne van der Meij, Lid College van Bestuur van het Grafisch Lyceum Rotterdam met als portefeuille Onderwijs en bestuurslid van de MBO Raad.
  • Ton Paffen, Directeur Onderwijs, House of Digital ROC Amsterdam.
  • Joanita Segboer, Manager Huisvesting Sint Lucas Boxtel I Eindhoven.
  • Harry Timp, Manager Huisvesting en Vastgoed ROC Albeda Rotterdam.
  • Jackie de Vries, Directeur bij Aestate/ontrafelexperts.

Bijzondere positie

Moderator Judith Donkers wees er bij de start van de Round Table op dat de MBO-student in het onderwijsveld een bijzondere positie inneemt. “Het hangt tussen het VO en HO in en dat zien we ook bij de huisvesting. Op veel locaties is het MBO nog afgescheept met schoolse gebouwtjes en het is de vraag of daarmee de doelgroep – de MBO-student – wel zo goed wordt bediend.” Ze memoreerde ook een bezoek, samen met Ton Paffen (zie openingsfoto), aan NHL Stenden Hogeschool met MBO-studenten en -docenten van het NOVA College te Haarlem, waarbij uitgangspunt was hoe het HBO kon inspireren en wat dat vervolgens betekende voor het MBO. Paffen herinnerde zich de gastvrije ontvangst in een grote ruimte met de uitstraling van een grand café. “In die ruimte kon je zowel eten en drinken als chillen en werken. Het schoolgebouw zelf was open, had veel werkplekken en was ook voorzien van alle benodigde ICT-voorzieningen. De meegereisde studenten sprak de omgeving enorm aan, omdat ze daar als volwassenen werden beschouwd die in een professionele omgeving hun ding konden doen en niet opnieuw terechtkwamen in een VO-achtige constructie met een kantine en lokalen. Dat leidde tot spontane uitroepen zoals ‘Hier ga je niet naar school; hier wíl je naartoe, om aan het werk te gaan’. Ook voor de docenten was het een eyeopener, onder meer omdat ze zagen dat studenten en docenten daar door elkaar zaten en dat dat leidde tot andere gesprekken.”

"Bij de Bit Academy komen MBO-studenten in een professionele omgeving en voelen ze zich gelijk anders gewaardeerd en erkend en herkend." - Ton Paffen

Paffen verwees vervolgens naar de Bit Academy, een volwaardige MBO IT-opleiding die is ondergebracht op het Science Park Amsterdam en met het ROC van Amsterdam wordt uitgevoerd door Bit. “We zien daar een vergelijkbaar effect: studenten komen in een professionele omgeving en voelen zich gelijk anders gewaardeerd en erkend en herkend. Daarom ligt daar voor mij de essentie: benader MBO-studenten als volwassenen en zet ze niet opnieuw in een VO-omgeving. Ze zijn immers jongvolwassenen met de wereld aan hun voeten en met hun verantwoordelijkheden in ontwikkeling. Faciliteer ze dan ook als jongvolwassenen. We verwachten van hen ander gedrag, maar als het gebouw niet ander gedrag uitlokt, krijg je niet snel ander gedrag. Ik pleit er daarom ook voor om nieuwbouw bij MBO zoveel mogelijk te laten lijken op het beroep waarvoor ze worden opgeleid: met veel werkplekken, goede begeleiding en amper mogelijkheden voor docenten om zich af te zonderen van studenten; ze gaan sámen een leerproces aan.”

Round Table over MBO: onderwijs, huisvesting en toekomst (1/4)

Van der Meij zit met ‘haar’ Grafisch Lyceum al een paar jaar in zo’n omgeving, die door veel aandacht voor design de beroepsgroep goed weerspiegelt. Ze herkent het beeld van Paffen: “Ik zie dat de omgeving wel degelijk invloed heeft: studenten voelen zich gezien en gedragen zich anders. Doordat studenten trots zijn op het gebouw, gaan ze ook serieus en zorgvuldig om met hun omgeving. Ze willen dat de omgeving er goed uitziet en goed uit blijft zien. In die omgeving zit veel glas. Studenten vinden dat prachtig, omdat ze overal kunnen zien wat er gebeurt. Wij vinden dat als College ook belangrijk en zijn daarom nog steeds streng op transparantie en zichtbaarheid. Er waren eigenlijk vooral docenten die moeite hadden om zich aan te passen en om zichtbaar en benaderbaar te zijn.” Lachend: “Een docent zei zelfs: nu zie ik steeds studenten als ik aan het werk ben!”

Round Table over MBO: onderwijs, huisvesting en toekomst (1/4)

Studenten kunnen in het Grafisch Lyceum Rotterdam overal zien wat er gebeurt.

Ook het Sint Lucas realiseerde enkele jaren geleden een open onderwijsomgeving. Dit gebeurde in een historisch pand, het Philips Natuurkundig Laboratorium (NatLab). Segboer vertelde dat docenten in het Programma van Eisen aangaven graag een eigen personeelskamer te willen. Ze reageerde stoïcijns op het verzoek: “Ik vind dat je een lerende organisatie bent, waarin je leert door de ontmoeting tussen jong en oud en het gesprek met elkaar. Daarom heb ik in het overkapte atrium een open zone ingericht met een koffieautomaat alleen voor docenten. Docenten kunnen daar alleen komen via het atrium waar ze studenten tegenkomen, maar ook gasten en leerlingen. Het gebouw huisvest namelijk zowel VMBO-leerlingen (11-15 jaar) als MBO-studenten. Aanvankelijk was het ook de bedoeling dat de VMBO-leerlingen afgeschermd op de eerste verdieping zouden zitten. Ik ben toen degene geweest in het inrichtingsteam die haar stem heeft laten horen. Ik heb erop gewezen dat jongeren zich niet laten sturen door een ‘area’ en juist op zoek zijn naar de grenzen, de beweging, de ontmoeting en de liefde en dat laat zich niet leiden door een ‘afgescheiden zone in een gebouw’.  Nu gaat dat via natuurlijk verloop prima samen en is er een vanzelfsprekende verblijfs- en ontmoetingsplaats ontstaan.”

Round Table over MBO: onderwijs, huisvesting en toekomst (1/4)

In het atrium van het Sint Lucas in het NatLab is een vanzelfsprekende verblijfs- en ontmoetingsplaats ontstaan.

Een plek om te zitten en te zijn

Judith Claassen ging vervolgens in op wat studenten verwachten van een schoolgebouw. Claassen heeft zelf vergelijkingsmateriaal, want ze zat eerst op het HBO (Fontys Hogeschool Tilburg en Saxion Hogeschool Deventer), terwijl haar vriend momenteel aan een de TU Delft studeert. Bij een recent bezoek aan de Erasmus-campus in Rotterdam ervoer ze het verschil met haar huidige studielocatie in Rotterdam-Zuid. “Op de Erasmus-campus was meer ademruimte en letterlijk ‘ruimte om te zijn’, terwijl ik momenteel studeer in een oud gebouw, waar eigenlijk geen plek is om te zitten en te zijn. In onze droom zouden we daarom graag meer richting HBO en universiteit willen qua gebouw. Met hoekjes om te werken en een grote ruimte om elkaar te ontmoeten.”

Cruyen herkende het beeld dat de sprekers aangeven. “Daarnaast vind ik het belangrijk dat we spreken over MBO-studenten die we volwassen moeten bedienen.” Hij memoreerde ook hoe hij in zijn vorige functie meemaakte hoe op de campus van de TU Delft na een brand een gebouw werd neergezet voor studenten met een atelierconcept. “We zijn daar bewust niet afgegaan op wat docenten en wetenschappers riepen. Want er wordt al te vaak over in plaats van met studenten gepraat.” In de optiek van Cruyen draaide het om de ontmoetingsruimte en om het faciliteren van tegelijkertijd de studenten en de docenten. “Anders gezegd: om de interactie en het sociaal programma.”

Cruyen vond ook dat er bij MBO-panden nog teveel wordt gedacht vanuit termen als ‘hufterproof’. “Mijn ervaring – en dat geldt zowel voor MBO als voor HBO en WO – is dat als wordt gedacht vanuit luxueuzer, zachter en prettiger materiaal er ook anders en verantwoordelijker met de materialen wordt omgegaan. Een mooi voorbeeld is het hele atelierconcept van de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft. Daar zijn alle ruimtes voorzien van verschillende soorten vloerbedekking met warme tinten. Nu (na dertien jaar) ziet het er nog steeds luxe en verzorgd uit. Dat is de sleutel van de oplossing. Als FM kiest voor marmoleum ‘omdat het gemakkelijk schoon te maken is’, dien je geen primaire doelstelling.” Segboer haalde daarop een huisvestingsenquête aan die ze uitzette in het najaar van 2020. “Ik wilde polsen hoe de gebouwen bevielen. Ik kreeg een hoge en betrouwbare respons van studenten. Uit de enquête kwam naar voren dat de studenten tijdens het gedwongen thuis studeren vooral het atrium en de aula en het bij elkaar zijn op zitjes hadden gemist. Kortom, de school niet als leerorgaan, maar als ontmoetingsplek.”

Delen: Twitter LinkedIn Facebook

permalink

Naar het overzicht

Lees verder

Terug naar boven